Tien vragen aan... Sarah Inghelbrecht

Tien vragen aan... Sarah Inghelbrecht

Op welke leeftijd ben je beginnen koersen en wat was de directe aanleiding?

“Ik begon op mijn elfde. Mijn broer en ik deden competitie in het skeeleren, maar als gevolg van een enkelblessure stond hij een tijdje aan de kant. We leerden dat bij fietsen dezelfde spieren werden gebruikt en dat hij op die manier kon blijven trainen. Hij sloot zich aan bij Wielerclub Oostende Noordzee en aangezien we altijd dezelfde sporten deden, volgde ik hem. Bij de eerste training bij de miniemen versloeg ik in een afvallingswedstrijdje op mijn geleende ijzeren fiets met pedalen met beugels en versnellingen aan het kader de jongens en zo had ik de smaak snel te pakken.”

Waarmee combineer je jouw carrière als renster?

“Sinds drie jaar ben ik voltijds renster, daarvoor behaalde ik mijn masterdiploma Handelsingenieur.”

Hoe ziet je doorsnee week tijdens het seizoen eruit?

“Train, sleep, eat, repeat. Daarnaast is er het huishouden en uiteraard ben ik ook veel onderweg. De rest van de tijd wordt gevuld met hobby’s en taken waarvoor ik tijdens mijn studies geen tijd had. Het voorbije jaar situeerden die zich voornamelijk bij de bouw van ons huis en de verhuis: werf opvolgen, schilderen, meubels maken, naaien, lezen, verhuizen... Bij mooi weer mag je me daags na de koers uitnodigen voor een koffieritje of in een minder belangrijke of rustige week voor een stadswandeling of avondje uit met vrienden.”

Heb je enkele vaste trainingsritten of ben je constant op zoek naar nieuwigheden?

“Vaste trainingsritten heb ik niet echt. Bij intervaltrainingen kies ik daarentegen wel vaak voor dezelfde klimmen of vlakke wegen.”

Wat is voor jou de mooiste dameskoers en waarom?

“Moeilijke vraag, maar uiteindelijk kom ik toch bij de Women’s Tour in Groot-Brittannië uit. Op vlak van organisatie, mediatisering, gevarieerde parcoursen op vaak zwaar terrein, publieke belangstelling en wedstrijdniveau steekt die met kop en schouders boven alle andere koersen uit. Deze wedstrijd is geen cultureel erfgoed, maar heeft toch iets bijzonders en magisch. Elke dag staan er heel veel kinderen aan de kant van de weg en het is bijzonder om te beseffen dat je die jonge meisjes inspireert. En ook dames inspireert: de Women’s Tour is gekoppeld aan een charity event voor Think Pink. Elke renster krijgt een roze lintje met gepersonaliseerde boodschap van een kankerpatiënt om aan de helm te dragen. Het decor in hartje Londen op de slotdag van de editie 2017 deed daar nog een schep bovenop.”

Na enkele jaren bij een UCI-team rijd je nu bij het Nederlandse Mexx-Watersley, het vroegere Maaslandster. Een bewuste keuze om die ‘stap terug’ te zetten?

“Absoluut een bewuste keuze en ik zie het ook niet als een stap terug. De beste amateurploegen werken op dezelfde wijze als de ‘mindere’ UCI-teams. Het feit dat ik geen wedstrijden van de World Tour kan rijden, zal geen groot verschil maken. Vorig seizoen reed ik er ook slechts vier en het internationale programma van het team is zeer uitgebreid. Dat kan ik nu overigens in samenspraak met de ploegleiding zelf bepalen. Vorig jaar heb ik in de UCI-wedstrijden wegens omstandigheden niet de gewenste progressie gemaakt. Het succesvolle seizoen van Kaat Hannes bij Jos Feron Lady Force inspireert me om dit komend jaar in een andere omgeving wel te doen.”

Waarom koos je dan specifiek voor dit Nederlandse clubteam? België heeft ook meerdere clubteams en in Nederland staat datzelfde Jos Feron Lady Force misschien toch nog iets hoger aangeschreven.

“In eerste instantie was de keuze inderdaad niet gemakkelijk, maar uiteindelijk ben ik er heel blij mee. De omkadering van Mexx-Watersley, beter bekend als Maaslandster, ondersteunt me al jaren en daarom voelde ik me het best bij deze keuze. Het programma is zeer uitgebreid, het materiaal is in orde, de communicatie is uitstekend en bovendien heeft het team mooie plannen op lange termijn.”

Een blik op de lijst van rensters leert dat je nieuwe team heel divers is qua nationaliteiten. Wie waren voor jou gekende namen en wie waren ook jou totaal onbekend?

“De internationale diversiteit van het team speelde ook een rol in mijn keuze. Het boeit me om nieuwe culturen te leren kennen en ermee samen te werken. Ik kende niemand persoonlijk. De namen van de rensters die vorig jaar al deel uitmaakten van de ploeg en die van Minke van Dongen herkende ik doordat ze vaak aan de start stonden in de Belgische kermiskoersen. Van Nikki Juniper wist ik al dat ze in Groot-Brittannië erg succesvol is, Corinna Lechner is de bekendste en komt over van BTC City Ljubljana.”

“De rensters uit meer exotische landen zoals Zuid-Afrika, Iran, Singapore of Estland kende ik niet, maar ik kijk er al naar uit om hen te ontmoeten. Een onbekende naam om in de gaten te houden, is de achttienjarige Duitse Franziska Koch. Ze ligt onder contract bij Sunweb, maar ze was een tijd buiten strijd wegens een gebroken knie en daarom start ze dit seizoen voorlopig met ons team. En ook de Nederlandse kampioene triatlon bij de junioren Quinty Schoens is nieuw in het team. De Europese rensters hebben elkaar ontmoet in november en ik kan niet wachten om hen nog beter te leren kennen.”

De voorbij twee jaar was je heel succesvol in nationale wedstrijden, met onder meer eindwinst in de Ladies Cycling Trophy Oost-Vlaanderen 2018. Blijven die wedstrijden een doel of heb je samen met je nieuwe team andere ambities vooropgesteld?

“De voorbije twee seizoenen heb ik mezelf verrast op regionaal niveau. Tot twee jaar geleden durfde ik niet meer te hopen dat ik ooit een wegwedstrijd zou kunnen winnen en vorig jaar boekte ik maar liefst zes zeges. Vorig jaar reed ik slechts vijf wedstrijden in het buitenland, waardoor ik veel kermiskoersen kon rijden. Een reeks mooie resultaten leidde zo vanzelf naar de overwinning in de Ladies Cycling Trophy Oost-Vlaanderen. Dit jaar is het echter de bedoeling om opnieuw een internationaal programma te rijden. Kermiskoersen zal ik sowieso wel afwerken, omdat ik wedstrijdritme nodig heb. De mix van koersen op het laagste, intermediaire en hoogste niveau ligt me, omdat ze elk een invloed hebben op verschillende factoren. De zwaarste maken je sterker, de gemiddelde scherpen de honger naar meer aan en de gemakkelijkste zijn goed voor het moreel.”

In het verleden zagen we je in de winter regelmatig in actie op de piste. Waarom ben je daarmee gestopt?

“Mijn pistefiets hangt al meer dan een jaar aan de haak. Sinds november sukkel ik met een aanslepende rugblessure en daarom was er van wedstrijden geen sprake. De verre verplaatsing vanuit mijn nieuwe woonplaats is daarnaast ook een barrière om in Gent te trainen.”

Betsema te sterk voor ploeggenote Verdonschot in Maldegem

Betsema te sterk voor ploeggenote Verdonschot in Maldegem

Zeges voor D'hoore-Kopecky en Degrendele in internationale meeting Gent

Zeges voor D'hoore-Kopecky en Degrendele in internationale meeting Gent